vrijdag 26 maart 2010

Over branding en megastallen: PS-vergadering (26-3-2010)

Twee interpellatiedebatten in een PS-vergadering. Dan moet er wel wat aan de hand zijn.

De VVD wilde een lopend conflict over de zogeheten Regiobranding Zuid-Limburg aan de orde stellen. Woordvoerder Van Rey en GS zijn hier al meer dan een jaar over aan het vechten. Het gaat om een bedrag
van enkele honderduizenden euros die GS heeft uitgegeven om voor Zuid-Limburg een internationaal herkenbaar beeldmerk te bedenken. We hebben al een lopende campagne voor Limburg met de titel “Limburg - Liefde voor het Leven”. Om Zuid-Limburg internationaal beter op de kaart te zetten, vroeg oud-gedeputeerde Vrehen (CDA) een aantal bekende Limburgers (via een daarvoor opgerichte stichting) om over een soortgelijk beeldmerk na te denken. Jammer genoeg was de opdrachtstelling bij nader inzien niet voldoende scherp en bestond ook over het op te leveren eindresultaat een interpretatieverschil. Het resultaat is dat de euros die door de stichting zijn uitgegeven, aan te koppelen zijn aan duidelijk te achterhalen kosten. Er is wel – na heel veel getouwtrek tussen Heerlen en Maastricht - een beeldmerk: “Everything points to Maastricht Region”. Dat beeldmerk levert echter weer zijn eigen probleem, want inmiddels blijkt dat hij niet uniform wordt gebruikt: de twee Zuidlimburgse VVVs, de Kamer van Koophandel, het LIOF en anderen gebruiken ieder toch hun eigen slogans, variĆ«rend van “Everyting points to Maastricht” en “…to the South of Limburg” tot nog andere vormen. Iedereen met een beetje marketingervaring weet dat als de boodschap niet helder en eenduidig is, het resultaat achterwege blijft. De provincie moet wat mij betreft hierin nu een duidelijke leidende rol gaan spelen en ervoor zorgen dat alle Limburgse spelers die buitenlandse toeristen naar Zuid-Limburg willen lokken, dezelfde boodschap gaan verkondigen.
Terug naar de kritiek van de VVD: los van het feit dat het Van Rey altijd heeft gestoken dat er wel een brandingactie voor Zuid-Limburg werd ontwikkeld waar zijn eigen gemeente Roermond buiten viel, heeft de VVD in dit geval toch ook deels gelijk. Het proces is niet goed gelopen. Er zijn door GS acties uitgevoerd en geld uitgegeven zonder daarvoor vooraf (!) aan PS toestemming te vragen en sommige kosten zijn niet goed naar de opdracht te relateren. De kritiek dat GS informatie richting PS zou hebben achtergehouden, is echter onzin. Niet alleen is het onderwerp – letterlijk - 25 keer in de commissie ED aan de orde geweest, maar de volledige detailinformatie over de uitgaven was ook beschikbaar voor wie erin wilde duiken. Dat is ook telkens door de verantwoordelijke gedeputeerde zo gezegd. Wat GS niet hebben gedaan, is een deel van die detailinformatie actief naar de commissieleden sturen. En dat beschouwt de VVD als “achterhouden” van informatie. Statenlid Van Rey had tijdens de PS-vergadering zijn motie van afkeuring dan ook al klaar.
GS hebben de eigen procedurele fouten erkend en beloofd hier verbetering in te brengen. De toezeggingen waren zodanig dat we als PvdA die VVD-motie niet hebben ondersteund.

Het tweede interpellatiedebat – over de megastallen - is uiteindelijk afgezwakt tot het stellen van mondelinge vragen. Nadat de provincie Brabant vorige week enige beperkingen stelde aan de uitbouw van varkens- en kippenstallen, is in Limburg het beeld ontstaan dat de Brabantse boeren nu massaal naar Limburg komen, met alle risico’s voor de volksgezondheid en dierwelzijn van dien. Limburg heeft namelijk geen specifieke verordening om de komst van megastallen te weigeren. Statenlid Wessels (D66) wilde dat de provincie zou besluiten te voorkomen dat die verschuiving van Brabant naar Limburg plaatsvindt (foto: De Stentor).
Het aansluitende debat was behoorlijk levendig. De conclusie van GS was echter dat Limburg niet dezelfde maatregel als Brabant hoeft te nemen. Nieuwe vestigingen (of uitbreidingen) in Limburgse natuurgebieden zijn helemaal niet toegestaan. De enige plaats waar ruimte is voor (nieuwe) veehoudende bedrijven is op enkele aangewezen ‘landbouwontwikkelingsgebieden’ (LOGs). Die LOGs zijn vooral bedoeld om lopende Limburgse bedrijven te laten verhuizen van de natuurgebieden naar meer industriĆ«le gebieden, maar ze laten in principe ook toe dat boeren van buiten Limburg zich hier vestigen. Gedeputeerde Driessen gaf wat mij betreft echter terecht aan dat het besluit of een bedrijf zich in een LOG mag vestigen, ligt bij de gemeente waar die LOG zich bevindt. Het is dus vooral een zaak van de gemeenteraad. Zij zijn het best in staat om te bepalen of die ontwikkeling wel of niet gewenst is en of de bevolking daar achter staat. Ondertussen moet het volksgezondheidsrisico goed in de gaten worden gehouden, maar die taak valt uitsluitend onder Rijksbevoegdheid. De uiteindelijke afspraak is dat PS een aparte discussie wil gaan hebben over de risico’s van megastallen en pas dan wil besluiten of er een aparte provinciale regelgeving nodig is. Tot die tijd zijn de gemeenten – in het kader van subsidiariteit – verantwoordelijk (foto: Trouw).

1 opmerking:

Unknown zei

Graag zou ik een verdere opvatting zien over de stelling: "vooral een zaak van de gemeenteraad" en "en of de bevolking daar achter staat"
Dit in relatie tot de al jaren op handen zijnde commotie in Horst. Als tweede zou het ook handig zijn eens een inventarisatie te maken van instrumentaria die gemeenten hebben en of die gezien de huidige dynamiek wel toerijkend zijn om de decentrale rol volwaardig op zich te kunnen nemen.